Domaine Vicomte de Nouë-Marinic

Primorska (Primorje betekent ‘bij de zee’) is het meest westelijk gelegen, omvat 8.000 ha en is een van de 3 wijnbouwzones (naast Posavje in het midden/zuidoosten en Podravje in het (noord)oosten) in Slovenië. In deze zone zijn een 5-tal gebieden als ZOP (kwaliteitswijn uit één district) zoals Vipavska Dolina (de vallei van de Vipava rivier, wat meer landinwaarts), Kras (vlakbij de stad Triëst) en Goriška Brda ZGP (premium kwaliteitswijn uit één district). Het gebied is eigenlijk een voortzetting van het Collio (in het Sloveens: Brda oftewel heuvels) gebied bij Goriziano (in het Sloveens: Goriška). Het gebied is naast heuvelachtig ook mediterraan van klimaat en men maakt hier ongeveer 60% wit en de rest rood. Qua druivenrassen en stijl behoorlijk Italiaans, maar dat is logisch gezien de geschiedenis en ligging. Meest aangeplante ras in wit is de ribolla gialla (rumena rebula), verder voor zoete wijnen verduzzo (verduc), picolit (pikolit) en in rood refosco (refošk), pinot noir, merlot en cabernet sauvignon. In Vipavska Dolina is het klimaat naast de invloed door de zee iets meer door land beïnvloed en heeft men soms last van de harde bora (burja)-wind. Naast rebula heeft men hier ook veel malvazija en laški rizling (welschriesling) staan. Internationale druivenrassen zoals sauvignon blanc, chardonnay, merlot en cabernet sauvignon gedijen hier ook prima. Beide gebieden maken zeer verrassende wijnen op hoog niveau, men maakt vaak vooruitstrevend wijn, schuwt geen experiment en ontwikkelt sinds begin jaren 90 van de vorige eeuw een eigen karakteristieke stijl.
Gegevens producent De familie Marinic bezit 140 ha wijngaard in de gebieden Vipavska Dolina en Goriška Brda. Veel van de wijngaarden zijn oud tot zeer oud en weer door Alis Marinic in gebruik genomen. De gemiddelde leeftijd van de stokken bedraagt 30 tot 60 jaar. Bij Marinic maakt men 90% wit en een beetje rood van de lokale refosca en de internationale merlot, cabernet sauvignon en pinot noir. Verder zijn in wit friulano, sauvignon blanc, pinot grigio, malvazija en vooral chardonnay goed vertegenwoordigd. Dat is niet vreemd gezien de band met de Bourgogne via mede eigenaar Charles-Louis de Noüe, voorheen werkzaam bij Domaine Leflaive en familie van. Logisch dat men biodynamisch werkt, met druifeigen gisten werkt, weinig sulfiet toevoegt, op terroir vinifieert, aangenaam droog, wijngaarden heeft op kalksteen en klei (met veel rotsen) en men vooral Frans eiken gebruikt (of acaciahout) bij de wijnen die houtvergisting en lagering krijgen. Ook de Oostenrijkse traditie van de classificatie uit de 18e eeuw van keizerin Maria Theresia is weer in ere hersteld en worden op de Érigone en Domaine Victomte de Noüe Marinic wijnen apart vermeld. Marinic bezit in deze classificatie alleen niveau I t/m V van de totaal negen niveau’s (t/m IX). De basis Marinic wijnen zijn voornamelijk gelagerd op rvs, loepzuiver, schoon en spannend gemaakt en geven enorm veel waar voor je geld. De Érigone wijnen zijn complexer, hebben hout en een enorme spanning. De top lijn bestaat uit single vineyard wijnen als Tejca en Groblja, zijn ongelofelijk complex, verfijnd en doen niet onder voor menig Bourgogne. En dan te bedenken dat men hier pas sinds 2019 de eerste wijnen samen gemaakt heeft. Dat beloofd veel voor de toekomst.
De druiven zijn afkomstig van een klein perceel van 3 ha met ruim 30 jaar oude stokken in Ossech en heeft een ‘ponca’ bodem, de lokale naam voor een bodem met mergel en kalk op een leistenen onderbodem. Het bedrijf is in conversie naar biodynamische teelt. De naam Érigone komt uit de Griekse fabelleer. Zij was de dochter van Icarius en ontving Dionysus (Bacchus) zo goed dat hij haar een vat wijn schonk ter bevordering van de wijnbouw in Attica.